Schildersdorp Sint Martens Latem en Deurle in Deinze (Leiestreek)
Rond 1850 waren twee Gentse kunstenaars actief in Parijs, waar ze in aanraking kwamen met de schilders van Barbizon. In de tweede helft van de 19e eeuw schilderden de broers Xavier De Cock en César De Cock in de bosrijke omgeving van Sint-Martens-Latem. Hun grote bekendheid vormde het begin van de artistieke ontwikkeling van dit Vlaamse dorp.
Vanaf ongeveer 1900 speelt het dorp langs de Leie een prominente rol in de (Vlaamse) kunstgeschiedenis. De nabijheid van Gent, waar veel van de Latemse schilders werden geboren en het heersende culturele klimaat bevorderen de ontwikkeling van Latem als schildersdorp. Aan het einde van de 19e eeuw was Gent een broedplaats van revolutionaire ideeën. De uitwassen van het industrieel kapitalisme en de bestaande sociale ongelijkheid prikkelden intellectuelen en kunstenaars tot verzet. Onder hen Karel van de Woestijne, George Minne en Valerius de Saedeleer.