Habitat van rododendrons
Rododendrons (of Rhododendrons) deelt men in bij de familie der Ericaceae of heideachtigen waaronder ook bosbessen, veenbessen en dopheide vallen. Rododendrons komen van nature voor over het ganse noordelijk halfrond. Ook kan je ze her en der in het zuidelijk halfrond aantreffen: Maleisië, Indonesië en Australië. Gematigde en winterharde rododendrons die je bij ons in tuinen terugvindt, zie je alleen in China en de Himalaya in het wild.
Standplaats voor rododendrons
De sierstruiken houden van wat schaduw. Die schaduw beschermt de planten niet alleen tegen vorst, maar ook tegen zonnebrand en te hoge temperaturen.
Let wel op, want op plekken met schaduwrijke bomen is de komst van een rododendron niet altijd aangewezen. Het merendeel van de schaduwbomen verlangt immers veel vocht, waardoor rododendrons snel uitdroging riskeren. Daarom wordt afgeraden om rododendrons te planten onder beuken of esdoorns. Beter is een standplaats onder eiken, dennen en (zilver)sparren. Zij laten meer licht door en nemen niet al te veel vocht uit de ondergrond op. Te veel schaduw is immers niet goed. Het levert uitgerekte en magere planten op die niet goed groeien en bloeien en vatbaarder zijn voor ziekten.
Naast schaduw vragen rododendrons beschutting: je moet de sierstruiken beschermen tegen de wind. Met name de sterke en regenachtige westenwind en de gure en snijdende oostenwind kunnen veel schade berokkenen aan de planten. Vooral rododendrons met erg grote bladeren hebben veel bescherming nodig aangezien die bladeren snel afbreken bij de bladsteel. Daarnaast zijn alle jonge bladeren kwetsbaar voor windschade. Zorg daarom voor beschutting in de vorm van bomen, heesters of kunstmaterialen, eventueel kan een gebouw of muur die functie vervullen.
Ondergrond voor rododendrons
Wat de ondergrond betreft, hebben rododendrons duidelijke eisen. Ze vragen een zure grond met voldoende vocht voor de wortels tijdens de groei. Geen dichte of zware klei voor rododendrons, wel een losse en grove grond met veel turf zodat er lucht aan de wortels kan. Vermijd ook kalkhoudende en moerassige ondergrond.