In het algemeen maakt men een onderscheid tussen hardhout en zachthout: harde houtsoorten zoals palm-, pok- en brazielhout versus zachte houtsoorten zoals naaldbomen. In thermische waarde zijn er slechts kleine (lees: verwaarloosbare) verschillen tussen hard- en zachthout. Wel verbranden ze elk op hun eigen manier. Hardhout levert mooie vlammen en houtskool op dat nog lang blijft gloeien. Zachthout daarentegen verbrandt veel sneller.
De keuze tussen hard- en zachthout wordt meestal bepaald door het type kachel dat je hebt. Heb je een accumulerende houtkachel waarin je slechts enkele uren hout moet verbranden om vervolgens een hele dag van de warmte te kunnen genieten? Dan kan je naast hardhout gerust kiezen voor zachthout; dat is ook goedkoper. Gebruik hardhout in kachels waarin je voortdurend hout moet verbranden voor een aangename warmte. Bij zachthout moet je de kachel immers vaak bijvullen.
Naald- of loofhout
In een kachel kan je zonder problemen naald- en loofhout verbranden, maar dat geldt niet voor de open haard waarbij een duidelijke voorkeur voor hout van loofbomen geldt.
Hout van naald- en loofbomen verschilt op het vlak van houtgas binnenin het hout. Naaldhout laat houtgas moeilijker vrij waarbij een te hoge gasdruk kan zorgen voor gasexplosies. Dat uit zich in sissende en knetterende geluiden, maar ook in opspringende houtdeeltjes. Deze gloeiende deeltjes vliegen soms enkele meters verder, wat bij een open haard brandplekken in het tapijt, meubels of kleding van omzittenden kan veroorzaken. Hou je wel van die typische geluiden van hout van naaldbomen? Zorg dan zeker voor een rooster of glazen plaat ter bescherming.
Naast gasdruk is het oppassen geblazen met naaldbomen die veel hars bevatten, wat resulteert in een vonkenregen en meer roetafzetting. Voorbeelden van harsrijke naaldbomen zijn spar, den en lariks.
Bij loofhout komt het houtgas gemakkelijk vrij waardoor opspringende vlammen en houtdeeltjes sporadisch voorkomen. Daarnaast bevat hout van loofbomen minder hars.
Hout voor de open haard
In de open haard gebruik je dus best loofhout, maar dat is niet het enige waarop je moet letten. Kies daarnaast loofhout dat rustig brandt zoals hout van de beuk, esdoorn en fruitbomen. Zo voorkom je dat er een vlammenzee ontstaat, mocht de warmte te hoog oplopen door een te snelle verbranding. Met name harshoudende houtsoorten zoals berk branden flink.
Persoonlijke voorkeuren en de keuze van brandhout
Waaraan geef je zelf de voorkeur?
Je kan natuurlijk ook meerdere houtsoorten combineren met elkaar, zodat je van alle effecten kan genieten.
Brandhout bewaren
Brandhout mag niet vochtig zijn en moet goed droog zijn. Hoe herken je hout dat goed droog is? Je hoort een helder geluid als je twee blokken hout tegen elkaar klopt. Beschimmeld hout is een duidelijk teken van een te hoge vochtigheid.
Tips voor de opslag van brandhout: