Twee jaar heeft het James Deering gekost om de Villa Vizcaya te bouwen in 1914. Het project heeft 22 miljoen Amerikaanse dollar gekost en duizend arbeiders hebben er aan meegewerkt. Het buitenverblijf van de multimiljonair, helemaal opgetrokken in een 16e eeuwse Italiaanse stijl, is volgestouwd met antiek. Deering en zijn vormgever verbleven enkele zomers in Europa om er verschillende klassieke, renaissance en rococo antiekstukken op te kopen. Ze wilden namelijk dat het leek alsof de villa er al vierhonderd jaar stond. Nu nog kan je er een aantal unieke en zeer waardevolle stukken gaan bewonderen. Naast de passie voor antiek had Deering ook een boon voor hightechsnufjes. Het huis had een lift, brandsproeiers op het plafond en een telefoonswitchboard. De tuin rond de villa is eveneens adembenemend mooi. De wandelpaden worden geflankeerd door mythologisch standbeelden en je moet beslist eens het oranje jasmijndoolhof bezichtigen. Een groot deel van de oude tuin is nu weliswaar opgekocht, maar de oude kaart in de villa geeft je een mooi zicht op hoe het vroeger was. De villa Vizcaya is een absolute aanrader voor wie graag ongeziene luxe bewondert.
