Geschiedenis van de Engelse tuin
In de 18de en 19de eeuw maakt de Engelse of informele tuin furore aan de overkant van het kanaal. Er wordt afstand genomen van de Franse formele tuin waarbij de mens de natuur tracht te beheersen. Geen symmetrie en evenwicht meer, wel een op en top romantische en natuurlijke tuin.
Natuurlijk landschap als tuin
De pretentieloze Engelse tuin tracht zo veel mogelijk een natuurlijk landschap na te bootsen. Heuveltjes, bogen, slingerpaden... doorbreken de strakke vlakte en verrassen de bezoeker.
Elementen in de Engelse of informele tuin:
Puur natuur is een Engelse tuin nu ook weer niet. Vaak dienen beeldhouwwerken als verfraaiing en ook paviljoenen blijven opduiken in de landschapstuinen. Zelfs kunstmatige grotten en imitatieruïnes krijgen een plaats in de informele tuin. Wel wordt steevast gekozen voor sobere vormen en constructies.
In een informele tuin hoort een romantische wilde-bloemenweide: een zonnige, open ruimte waar wilde bloemen worden gezaaid en één keer per jaar gemaaid of afgesneden.
Je kan ook een bonte mix creëren van grote bleoemnweides waar wilde bloemen en siergrassen samen groeien en op en neer bewegen in zomerse briesjes.
In borders en perken vind je ook elegante bloemen in de landschapstuin:
De meest populaire formule in een informele tuin is een breed, rond bloemenbed met een diameter van minstens 120 centimeter dat is volgeplant zonder patroon. Je kan er bollen, eenjarigen, vaste planten en zelfs kleine boompjes door elkaar planten.
Bomen in de informele tuin
Ook beboste ruimtes hebben een plaats in de informele tuinen. Een miniatuur bostuin met de schaduw van enkele bomen kan zelfs op een klein perceel. Onder de bomen plant je dan schaduwplanten en –bloemen. Voeg er een wandelpad van houtsnippers aan toe en je hebt je eigen bos.
Onderhoud van Engelse tuinen
Het grote voordeel van een Engelse tuin is het eenvoudige onderhoud ervan. Als je een tijdje vergeet om het onkruid te wieden of je tuin te besproeien, merk je daar amper iets van.