Heesters
In de maanden mei en juni is het belangrijk je heesters te verzorgen. Vorstschade en verkeerd groeiende scheuten verwijder je best bij groenblijvende heesters. Vroegbloeiende heesters (Kerria japonica en Spiraea x arguta) moeten ook gesnoeid worden. Bij beide heesters mogen de twijgen er aan geloven. Bij de Spireae snoei je best ook de oudere takken heel kort om de vorming van jonge scheuten te stimuleren en zo krachtig en gezond te blijven. Volgroeide, bladverliezende en uitgebloeide heesters (Deutzia, Kolkwitzia, Philadelphius en Weigela) hebben er baat bij dat dood of beschadigd hout wordt verwijderd en zoals bij de Spireae verlost te worden van oudere takken.
Bloemen
Veel bloemen zijn uitgebloeid in deze periode en haal je best weg. Wil je je bloeiperiode verlengen, dan verwijder je best zo snel mogelijk oude bloemen. Het gaat hier over verdorde bloemen van narcissen, rhododendrons, camelia’s en seringen. De plant zal dan minder energie steken in zaadproductie en meer in nieuwe groei en bloemen. Je kan ook uitgebloeide Euphorbia’s (wolfsmelk) en Saxifraga (Steenbreek) snoeien in mei en juni. Eenjarige voorjaarsbloeiers (muurbloemen, vergeet-mij-nietjes en winterviolen) ruim je het best op, om plaats te maken voor zomerbloeiers. Eenjarige zaailingen kun je dan weer uitdunnen.
Heggen
Wintergroene hagen zoals buxus of hulst en andere heggen snoei je best vlak na de langste dag van het jaar, 21 juni. Op die manier moet je je heg maar 1 keer per jaar knippen. Let er wel op dat je buxus niet te kort snoeit en gebruik bij voorkeur een handmatige heggenschaar. Een lichte snoeibeurt is voldoende om hem telkens in vorm te houden.
Ten slotte dienen ook de haagbeuk en beukenhaag onder handen genomen te worden om ze een beetje te fatsoeneren.
Klimplanten
Snoei de voorjaarsbloeiende Clematis Montana na de bloei. Dit is een sterk groeiende, rijk bloeiende klimplant die in toom gehouden moet worden. Verwijder eerst het dood en ziek hout en snoei dan de overige stengels tot de gewenste lengte. In het volgende voorjaar zullen dan jonge scheuten bloeien. Vuurdoorn aan een muur of schutting wordt ook gesnoeid in mei en juni. Scheuten die naar de muur toe groeien worden gesnoeid en de overige worden met ca. 10cm ingekort. Dat zorgt voor korte sporen met bloemknoppen en in de herfst stralende besjes.
Vaste planten
Doronicum en longkruid zijn twee polvormende voorjaarsbloeiers die gesnoeid moeten worden in mei en juni. Het oude blad van longkruid snij je tot aan de grond af en bij Doronicum haal je enkel de oude bloeistengels weg.
Kruipende en hangende planten als de Alyssum (Schildzaad), Arabis (Scheefkelk) en Aubrieta hebben de neiging om na de bloei in het hart kaal te worden. Dit euvel kan je oplossen door ze bijna tot aan de grond te snoeien waarop snel nieuwe scheuten tevoorschijn komen. Als je nalaat dit elk jaar te doen, zullen de planten als ze ouder zijn niet meer zo goed reageren op een fikse snoeibeurt.
Snoei oude bladeren en bloemstengels van Helleborus(Nieskruid) om de plant op te knappen. Uitgebloeide Helleborus krijgt namelijk een lelijk blad en kan aangetast zijn door een zwarte bladvlekkenziekte. Ook Oosterse Papavers worden rommelig na de bloei, knip ze daarom af. Wanneer u ze dicht tegen de grond afknipt en vervolgens goed bemest en bewatert heb je kans om in dezelfde zomer nog een paar bloemen te krijgen.
Bloembollen
Uitgebloeide bloemen van voorjaarsbollen blijven beter niet staan in je border of moestuin. Je kan ze helemaal verwijderen of ergens anders verplanten als je ze nog niet wil weggooien. Bloembollen die in het gazon verwilderen mogen 6 weken na de bloei gesnoeid worden tot en met het blad. Bij het maaien van je gras bemerk je soms gele sporen waar de bloembollen zaten, maar dat is slechts een tijdelijk kwaad.