Een heel eenvoudige en snelle manier om je dak te isoleren is werken met harde platen. Deze platen schroef je gewoon vast op de kepers zelf. Het is vooral een goede oplossing als de kepers zich niet op gelijke afstand van elkaar bevinden, want zo hoef je niet alles constant te meten, maar het kan natuurlijk ook als dat wel het geval is. Je hebt voor deze isolatie wel al een onderdak nodig.
Waaruit bestaan harde isolatieplaten?
Harde isolatieplaten bestaan uit hardschuim die voornamelijk gemaakt is van polyurethaan (PU of PUR) of polvisocyanuraat (PIR). Meestal hebben ze ook al een dampscherm. Sommige platen hebben ook meteen al een gipsafwerking. Op die manier heb je eigenlijk meteen ook al een degelijke binnenafwerking.
Je hebt de platen uiteraard in verschillende diktes, let erop dat de Rd-waarde 3 m²K/W moet zijn om in aanmerking te komen voor subsidies.
Wat zijn de voordelen?
- De snelste manier om isolatie te plaatsen wanneer de afstand tussen de kepers niet dezelfde is.
- Brandveilig, al zijn PIR-platen wel beter dan PUR-platen
- Zowel voor warmteisolatie als geluidsisolatie
Wat zijn de nadelen?
- Met platen kan je veel minder precies werken. Je hebt dus nog schuim nodig om de isolatie af te werken.
- Doordat je de platen op de kepers moet plaatsen verlies je ruimte.
Wat heb je nodig om de platen aan te brengen?
- Werkkledij
- Veiligheidsbril
- Handschoenen
- Mondkapje
- Ladder
- Handzaag
- Meter
- Schroeven en rondellen
- Schroefmachine
- PU-schuim
- Potlood
- Aluminiumtape
Hoe ga je te werk?
- Begin onderaan het dak. Meet de breedte van een isolatieplaat en teken de maat af op twee plaatsen op de muur. Tussen deze twee markeringen span je een koord, zo weet je exact waar de bovenkant van de eerste rij platen moet komen, de platen moeten recht hangen om spleten erboven te vermijden. Als je merkt dat de vloer scheef loopt, dan moet je de onderkant bijzagen.
- Bevestig je eerste plaat onderaan in de hoek met voldoende schroeven en verdeelplaatjes die je op de kepers schroeft.
- Zet er nu de volgende plaat naast. Zorg ervoor dat de tand- en groefsluitingen tussen twee platen mooi sluit zodat je één ononderbroken isolatieschild vormt.
- Om de laatste plaat van de eerste rij te plaatsen meet je het reststuk en zaag je die plaat op maat.
- Gebruik het overschot van de gezaagde plaat indien mogelijk voor de volgende rij. Zo plaats je de platen in verband en dat levert je een betere isolatie op dan dat de naden in elkaars verlengde zouden liggen.
- Sluit de naden tussen de platen af met aluminiumtape. Dit is zeer belangrijk voor een optimale werking.
- Natuurlijk kan je met je platen niet alle kleine hoekjes en kantjes doen. Maak daarom de naden tussen de platen en het hout en tussen de platen en de muur wind- en vochtdicht met PU-schuim. Dat schuim zet immers goed uit en is flexibel genoeg om alle kieren en koudebruggen te dichten.