De druivensoorten die voor cognac kunnen dienen zijn de Ugni Blanc, de Folle-Blanche en de Colombard. Belangrijk is wel dat er twee maal gedistilleerd moet worden. Het eerste distilaat wordt brouillis genoemd en bevat 25 procent alcohol. Na de tweede distilatie bekomt men 'la bonne chauffle' met 70 procent alcohol, ook wel eu de vie genoemd. Daarna wordt de drank in eiken vaten gedaan waardoor men de gekende kleur en geur bekomt en door de oxidatie door het poreuze hout bekomt men het bouquet en smaak.
Daar gedistilleerde dranken niet verder ontwikkelen op fles heeft het geen zin cognac te laten liggen/rijpen in een wijnkelder voor verdere ontwikkeling.
De verschillende soorten cognac zijn:
V.S.: Very old
V.S.O.: Very superior old
V.S.O.P: (very superior old pale) met een minimale rijptijd van vier of vijf jaar.
Extra, X.O, Napoléon: Deze cognacs bevatten zeer oude brandewijn, soms dertig jaar of ouder.
Andere aanduidingen op Cognac etiketten zijn:
Q: Quality
X: Extra
F: Fine
Gekende Cognachuizen
http://www.camus.fr/
http://www.hennessy.com/
http://www.martell.com/visit/
http://www.polignac.fr/
http://www.remy.com/
http://www.courvoisier.com/