Je herkent het misschien wel... 's Avonds begin je je wat koortsig te voelen, je hebt een vermoeiende nacht achter de rug en je moet gaan werken vandaag. Ga je nu beter aan werken of blijf je liggen in je bed om enkele uren later de dokter op te zoeken?
Ziek gaan werken Het is beslist, ook al voel je je niet opperbest, toch ga je werken. Na een aantal uren aan de slag te zijn voelt het alsof je hoofd ieder ogenblik kan exploderen. Op deze manier kan je toch niet al te veel meer werken, toch maar naar huis dan.
Wat met je loon? Als je het werk verlaat omwille van ziekte en uiteraard nadat je eerst je baas de toestemming hebt gevraagd om het werk te verlaten, spreken we over een "onderbroken arbeidsdag". Dit betekent dat alle ontbrekende werkuren van die dag zorgen voor de betaling van het gewaarborgd dagloon voor de uren die je niet meer hebt gewerkt omwille van het feit dat je naar huis ging. Je ontvangt met andere woorden loon voor de ontbrekende uren.
Thuisblijven : ziek is immers ziek Gaan werken had je misschien wel liever gedaan want er is heel wat te doen maar toch beslis je om thuis te blijven en de arts op te zoeken. Bovendien zorgt je thuisblijven ervoor dat je je collega's niet besmet. Uiteraard moet je dan wel eerst je werkgever verwittigen dat je zal thuisblijven omwille van ziekte, je moet immers steeds tijdig je werkgever/baas/personeelsdienst op de hoogte brengen van een afwezigheid omwille van ziekte.
Wat met je loon? Als bediende start op je eerste ziektedag je periode van gewaarborgd loon en dit gedurende maximum 30 kalenderdagen. Je ontvangt met andere woorden loon voor je ziektedag. Als arbeider is je eerste ziektedag een carensdag, en dit voor zover je maximaal 14 kalenderdagen ziek bent. Inprincipe is zo'n carensdag een onbetaaldedag. Veel werkgevers en sectoren hebben echter beslist om deze dag toch te betalen. Best dus even informeren bij de personeelsdienst om te weten of de carensdag bij jou betaald is of niet.