Je bent zwanger en iedereen heeft het steeds over 15 weken zwangerschapsverlof. Je voelt je echter nog opperbest, houdt van je werk en je wil eigenlijk niet zo lang thuis zitten. Wat nu? Moet je toch de 15 weken vervolmaken of kan je sneller terug aan het werk?
Eerst en vooral is het belangrijk om een opsplitsing te maken tussen de moederschapsrust vóór je zwangerschap en de rust erna, we noemen deze periodes respectievelijk de prenatale rust en de postnatale rust.
De prenatale rust is de periode die de dag van je bevalling voorafgaat en bedraagt 6 weken (8 weken in geval van een meerling*). Hiervan is slechts één week verplicht op te nemen, namelijk de week of de 7 kalenderdagen die je vermoedelijke bevallingsdatum voorafgaan. We gebruiken hier de term vermoedelijke bevallingsdatum omdat de geboortedatum van je kind uiteraard niet volledig kan voorspeld worden. De andere 5 weken (7 weken in geval van een meerling) van de prenatale rust zijn bijgevolg niet verplicht op te nemen voor je bevalling. We merken hierbij op dat hoewel deze weken niet verplicht op te nemen zijn voor je bevalling, je ze wel kunt overdragen naar de periode na de geboorte.
De periode die start met de bevalling en dus de geboorte van je kind noemen we de periode van postnatale rust. Deze periode beslaat een periode van 9 weken en heeft een verplicht karakter. Dit betekent dus dat vanaf de geboorte je verplicht bent om 9 opeenvolgende weken bevallingsrust op te nemen. Noch jijzelf, noch je werkgever kunnen beslissen om - al was het maar één dag - te werken tijdens deze periode van 9 weken.
Je bevalt voor de vermoedelijke bevallingsdatum Wanneer je vroeger bevalt dan gepland, dan kan je ervoor opteren om de postnatale rust van 9 weken te verlengen met het aantal gewerkte en gelijkgestelde dagen vanaf de 6de week (8ste voor meerlingen) die aan de bevallingsdatum voorafgaat. We merken hierbij op dat de periode die kan worden overgedragen beperkt wordt met het aantal dagen waarop je gewerkt hebt gedurende de 7 dagen voorafgaand aan je bevalling.
In het geval je slechts de verplichte week wenst op te nemen, en je vermoedelijke bevallingsdatum is bijvoorbeeld gelijk aan 8 april, dan moet je verplicht thuisblijven vanaf 1 maart (= 7 dagen vóór de vermoedelijke bevalling). Beval je dan reeds op 3 april in plaats van 8 april. Je hebt dus in de periode van 1 week voor de bevalling (27 maart tem 2 april) dan kan je je postnatale rust verlengen met de 6 gewerkte (of gelijkgestelde) weken voor de bevalling, verminderd met het aantal dagen waarop je gewerkt hebt in de 7 dagen voor de bevalling. In dit geval heb je van 27 maart tot en met 31 maart nog gewerkt, deze 5 dagen worden dus in mindering gebracht van het totaal van 6 weken. Je kunt dus maximaal 5 weken en 2 dagen zwangerschapsverlof overdragen naar na de bevalling.
Je bevalt na de vermoedelijke bevallingsdatum Beval je later dan gepland, en heb je slechts één week zwangerschapsverlof opgenomen. Dan worden alle dagen die je later bevalt omgezet naar prenatale rust. Vanaf de dag van de bevalling ben je dus verplicht om nog 9 weken postnataal verlof op te nemen.
Conclusie Zwangerschapsverlof is deels verplicht, deels facultatief. Op zijn minst moet je steeds 1 week opnemen voor je vermoedelijke bevallingsdatum en 9 weken na je bevalling. Van de 15 weken kan je er dus voor opteren om slechts 10 weken op te nemen. Uiteraard is deze beslissing een beslissing van de kersverse mama en niet van je werkgever !
* Met de term meerling beogen we in dit artikel steeds de geboorte van een twee of meer dan twee kinderen.