Kijk jij naar de stoffen op het etiket in je kleding? Dat is namelijk niet onbelangrijk, elke stof heeft immers zijn kwaliteiten en minpuntjes. Zo hebben sommige textielsoorten een speciale behandeling nodig en andere laten je huid dan weer niet zo goed ademen. InfoTalia geeft je hieronder een overzicht van de meest voorkomende stoffen en hun typische eigenschappen.
Stoffen zijn een geheel van geweven garen. Die garen worden gemaakt van grondstoffen als vlas, katoen, aardolie, hout en wol. Eigenlijk is het zo dat alle stoffen ontstaan uit negen basisvezels: katoen, linnen, zijde, viscose, polyester, polyamide, acryl en elastomeer, ook wel beter bekend onder de merknaam Lycra. Door verschillende weeftechnieken te gebruiken en chemische processen toe te passen, bekom je allerlei varianten op die basisstoffen.
Natuurlijke stoffen Natuurlijk stoffen zijn gemaakt van plantaardige of dierlijke vezels en zijn doorgaans van een betere kwaliteit. Deze stoffen scoren het hoogste qua draagcomfort. Ook je huid heeft geen problemen met natuurlijke stoffen. Slechts in uitzonderlijke gevallen komen irritatie of allergieën voor.
Zijde: Zijde wordt gemaakt van een dierlijke vezel. Deze stof wordt wel eens gezien als de meest waardevolle textielsoort. Zijde is een heel vloeiende, glanzende en luchtige stof die geschikt is voor trouwjurken, dassen, bloezen, kostuums, enzovoort. Het is een zeer sterke stof, maar dat wil niet zeggen dat je er geen zorg voor moet dragen. Transpiratie kan makkelijk binnendringen in zijde en blijvende vlekken creëren, ook alcohol (denk aan deodorant, haarlak en parfum) kunnen de stof schaden. Draag dus geen zijde op je blote huid en wacht na het opdoen van een geurtje tot het droog is. Het is raadzaam om je zijden kledingstukken bij de droogkuis te laten reinigen.
Katoen: Een zachte stof die gemaakt wordt van een plantaardige vezel, afkomstig van de katoenplant. De meeste kledingstukken die bij ons in de winkels liggen, zijn van katoen. De stof is zo populair omdat hij als het ware ademt: hij neemt makkelijk vocht op en laat het even makkelijk weer door. Daarnaast is katoen slijtvast en soepel en kan je het moeiteloos strijken. Jammer genoeg kan de stof wel krimpen. Dat kan je voorkomen door een katoenen kledingstuk maximaal op 30 of 40 graden te wassen, afhankelijk van het wasvoorschrift.
Wol: Wol wordt gemaakt van de haren van dierenvacht, meestal van schapen. Het is vooral een goede isolator tegen de koude. Het is een warme, elastische en zachte stof. Het nadeel van wol is dat het makkelijk pluist en moeilijk wasbaar is. Het is belangrijk dat je het label in je wollen kledingstuk nakijkt. Sommige wol mag namelijk alleen met de hand gewassen worden. Dat doe je op 30 graden met een vloeibaar wolwasmiddel. Wring het kledingstuk niet uit, ga er niet op wrijven en laat het niet weken. Spoel het op dezelfde temperatuur zodat het niet kan krimpen, en vooral: laat het liggend drogen zodat het zijn vorm niet verliest. Als je wollen kledingstuk toch geschikt is voor machinewas, overschrijd je best de 30 graden niet. Centrifugeer het kledingstuk op de hoogste stand, maar niet langer dan één minuut. Laat het liggend drogen en gebruik nooit wasverzachter voor je wol, dat is schadelijk voor de vezels.
Linnen: Linnen is een natuurlijke stof die gemaakt wordt van vlas. Het is een sterke, vormvaste stof die makkelijk te onderhouden is. Bovendien is linnen erg luchtig waardoor het een waar plezier is om te dragen. Het enige nadeel is dat linnen snel kreukt. Je mag linnen niet te warm wassen, 50 graden is al voldoende. Droog je linnen kleding vervolgens niet in de droogkast of in de zon. Je rekt de stof ook best een beetje uit voor je het laat drogen, zo voorkom je krimpen. Strijken doe je heel heet en liefst aan de binnenkant.
Voorts vallen onder de natuurlijke stoffen ook nog fluweel en satijn, twee stoffen die gemaakt zijn van zijde of katoen. Fluweel is een kwetsbare stof met een speciale glans. Om die te behouden kan je fluweel het best laten stomen. Satijn is een glanzende stof die erg soepel valt. Je mag de stof wassen met de machine, maar maximaal op 40 graden. Gebruik een vloeibaar wasmiddel voor een mooier resultaat.
Synthetische stoffen Kunstmatige stoffen worden gemaakt van vezels die niet in de natuur voorkomen. Die kunstmatige vezels ondergaan dan meestal nog eens een chemisch proces, waarna ze tot stof kunnen geweven worden. Synthetische stoffen zijn het makkelijkste in onderhoud.
Viscose: Viscose wordt gemaakt van houtcellulose en katoen, het is een plantaardige kunstmatige vezel. De viscosevezels worden meestal vermengd met katoen, polyester, wol of acryl. Kleding van viscose is zacht, huidvriendelijk, kleurvast, glanzend en valt soepel. Viscose kan wel makkelijk krimpen of zijn vorm verliezen, was het dus niet te heet. Je laat je kledingstuk ook best zo weinig mogelijk zwieren in de machine en je droogt het beter niet in de droogtrommel. Na het wassen kan je het kledingstuk het beste liggend laten drogen en vervolgens binnenstebuiten strijken met stoom.
Acryl: Acryl lijkt heel sterk op wol. De stof is zacht en volumineus en isoleert zeer goed. Acryl wordt gebruikt voor onder andere mutsen, sjaals, dekens en truien. De stof is niet bestand tegen de hitte en moet dus lauw gewassen en voorzichtig gestreken worden. Ook de droogkast vermijd je beter.
Polyester: Polyester is een lichte, gladde stof die zacht aanvoelt. Daarbovenop is het vormvast en duurzaam. Een nadeel is dan weer dat polyester statisch kan zijn en niet zo goed ademt. Polyester mag je wassen op 40 graden. Het droogt zeer snel en je hoeft het zelfs niet te strijken. Doe je dat toch, zet je strijkijzer dan op een lage temperatuur.
Nylon: Nylon of polyamide is elastisch, waterafstotend, kreukt niet en is vormvast. De stof wordt vooral gebruikt voor badpakken, kousen en panty’s. Bij het wassen moet je wel zeer voorzichtig zijn, het water mag niet warmer zijn dan 40 graden. Strijken gebeurt op een lage temperatuur. Nylon droogt zeer snel, je hoeft je kleding dus niet in de droogtrommel te stoppen.
Elasthaan: Elasthaan is extreem elastisch en tegelijkertijd vormvast. Dat komt omdat elasthaan een stof is waarin zeer fijne draadjes rubber geweven zijn. De stof wordt dikwijls toegevoegd aan katoen om het geheel rekbaarder te maken. Op die manier kunnen textielproducenten kledingstukken in één maat aanbieden (one size fits all). Het is uiteraard van belang dat je de wasvoorschriften naleest. Je mag elasthaan zeker niet te heet wassen en ook strijken moet voorzichtig gebeuren.
Het woord synthetisch heeft een negatieve bijklank, wat niet altijd terecht is. Een synthetisch weefsel kan bestaan uit 100% natuurlijke materialen, ze ondergingen achteraf gewoon een chemisch proces. Het voordeel is dat alle weefsels gecontroleerd worden, waardoor het draagcomfort optimaal is. Wel kunnen synthetische stoffen bij sommigen irritatie opwekken. Ze nemen niet zo goed vocht op, waardoor wrijving met de huid kan ontstaan als je transpireert. Rode, jeukende bultjes of eczeem kan het resultaat zijn. In dat geval kan je het best een huidarts raadplegen en synthetische stoffen vermijden.
Buitenbeentjes
Denim: Het lijkt een speciale stof, maar eigenlijk is het gewoon katoen die op een aparte manier geweven wordt. De stof wordt gebruikt om jeans te maken. Denim wordt na het weven gekleurd, traditioneel in het blauw. Daarna wordt de stof meestal nog eens gewassen, omdat een denim kledingstuk tijdens de eerste wasbeurt flink wat kan krimpen. Als dat niet zou gebeuren, zou je na de eerste wasbeurt thuis niet meer passen in je geliefde jeansbroek. Een typisch kenmerk is dat de kleur makkelijk vervaagt. Soms ondergaat jeans op voorhand een speciale behandeling om het kledingstuk een versleten look te geven. Als je de kleur van je jeans wil behouden, kan je die het best binnenstebuiten wassen, en dat op 40 graden. Voeg niet te veel wasmiddel toe. Laat je broek al hangend drogen, strijken hoeft niet.
Leer: Leer wordt gemaakt van de huid van een dier waarvan het haar is verwijderd. Voor kleding wordt vooral de huid van kalveren, schapen, geiten en varkens gebruikt. De huid ondergaat een heel proces: het wordt gelooid en daarna gekleurd. Het resultaat is een stevige, winddichte stof. Die vraagt wel een speciaal onderhoud. Een leren jas of broek moet je regelmatig insmeren met leervet om hem soepel te houden. Eventueel kan je ook een waterafstotende spray gebruiken op je kledingstuk om het te beschermen tegen de regen. Verder is het ook verstandig om leer niet bloot te stellen aan de felle zon om verkleuring te voorkomen en je jas of broek altijd aan een kleerhanger te hangen om de pasvorm te behouden. Vlekken kan je verwijderen met een vochtige doek. Leer wassen in de wasmachine is niet aangeraden, droogkuis is wel een optie.
Ook suède is leer, maar dan de binnenkant ervan. Het is zachter dan gewoon leer, maar ietsje minder duurzaam. Suède lijkt een beetje op nubuck, een stof die eveneens tot de lederfamilie behoort. Nubuck is leer waarbij de bovenkant van de huid licht geschuurd is. Het is stevig materiaal en wordt daarom vaak gebruikt om schoenen te maken. Toch blijven het delicate stoffen, ook bij deze twee ledersoorten is het belangrijk dat je ze goed onderhoud. Wassen is net zoals bij standaardleer uit den boze.